Skip to main content

Kerk Slochteren

De parochie waarvoor de kerk is gebouwd bestond al in 1291. Dit blijkt uit een opgetekende twist tussen de Slochteren en buurdorpen met de dekens van Loppersum. De huidige kerk is het restant van een 13e eeuwse romano-gotische kruiskerk, waarvan het koor en het schip zijn afgebroken. Alleen de viering en de vrij korte dwarsarmen zijn overgebleven. Op de plaats van het vroegere koor is in 1783 een uitbouw geplaatst (de huidige consistorie) die toegankelijk is door middel van een stenen trap. De uitbouw was geopend naar de kerk en hier stonden een overhuifde bank en banken voor het personeel van de collatoren, de bewoners van de Fraeylemaborg. De gedenksteen uit 1783 boven de ingang vermeldt, dat unicus collator mr. Hendrick de Sandra Veltman opdracht heeft gegeven de kerk te herbouwen en te vernieuwen. Na de grote brand van 1880 werd de kerk nogmaals verbouwd en grijs gepleisterd. Tijdens de restauratie in 1986 is dit pleisterwerk weer verwijderd, zodat de oorspronkelijke elementen en de bouwsporen die herinneren aan het romanogotisch verleden weer zichtbaar zijn geworden. Tijdens die restauratie is ook het mansardedak vervangen door het huidige tentdak.
In de kerk hangen de rouwborden van Anna Elisabeth Piccardt-Rengers uit 1704 en het wapenbord van haar echtgenoot Henric Piccardt, overleden in 1712. Het orgel is in 1895 geleverd door Petrus van Oeckelen en Zonen uit Harendermolen. Deze orgel is een vervanging van het orgel dat in 1869 ook door van Oeckelen is geleverd, maar bij de brand van 1880 verloren is gegaan.
De losstaande toren is omstreeks 1300 gebouwd. In de toren hangt een luidklok uit 1373, afkomstig uit de kloosterkerk te Wittewierum. De luidklok is gegoten door de klokkengieter Segebodus.  De vertaling van de opschrift op de luidklok is: ” Ter ere van de heilige Drievuldigheid, de heilige Maria, de heilige Johannes, de heilige Vitus en alle heiligen ben ik gegoten door de hand van Segebodus + Broeder Tomas, abt van Bloemhof heeft deze klok doen vervaardigen“. De luidklok is in 1829 door de kerkvoogden van Slochteren aangekocht en hangt sindsdien in de Slochter toren. In 2009 is de luidklok gerestaureerd, nadat de dezedoor een scheur 10 jaar heeft gezwegen.
De toren lag in de 16e eeuw op een strategisch handige plaats en heeft hierdoor nog een rol gespeeld in de slag bij Heiligerlee in 1568. Een slag die eindigde met de eerste overwinning voor de opstandelingen tegen de Spanjaarden in de tachtigjarige oorlog. Heiligerlee ligt ten oosten van Slochteren. Namens de opstandelingen maakte graaf Lodewijk van Nassau gebruik van een verdedigingswerk rondom het Slochterkerkhof bij de kerk om zich zo op de slag voor te bereiden. Het gebied rondom de kerk lag namelijk gunstig hoog. De eerste slag werd gewonnen, maar de het verdedigingswerk viel in de jaren hierna steeds wisselend in Staatse en Spaanse handen. Pas in 1594 had het Staatse leger de Spanjaarden definitief verdreven.

Kerk Schildwolde

De Kerk van Schildwolde dateert uit de zeventiende eeuw. De huidige kerk werd gebouwd op de fundamenten van een oudere kerk uit de dertiende eeuw. De los van de kerk staande juffertoren is een overblijfsel van die oorspronkelijke kerk.
De huidige kerk is gebouwd na de reformatie. Het is een eenvoudige zaalkerk, opgetrokken uit baksteen. Over de bakstenen is een pleisterlaag aangebracht. De kerk werd ingewijd in 1686.
De toren bij de kerk is een van de drie juffertorens in de provincie Groningen.

Walfriduskerk Hellum

Waarschijnlijk is de eerste kerk gebouwd rond de 11e eeuw. Het koor stamt uit de 13e eeuw. De kerk is in de jaren 60 van de vorige eeuw gerestaureerd. Tijdens de restauratie werden 5 grafkelders gevonden, onder andere van Anna Margaretha Ripperda-Rengers. Het wapen van de familie Rengers hangt boven de deur van de kerk. De kerk is vernoemd naar St. Walfridus van Bedum, een invloedrijke boer en ontginner, die later heilig is verklaard. Zijn afbeelding stond op de kleine, verdwenen klok. De grote klok is uit 1396. Deze is mogelijk gegoten door de klokkengieter Segebodus. Tijdens de Tweede Wereloorlog werd de klok geroofd door de Duitsers, maar is hij na de oorlog gelukkig weer teruggevonden.

De kerk is beroemd om haar akoestiek. Naast de kerkdiensten vinden er regelmatig concerten plaats. Dit gebeurde al in de middeleeuwen met de zogenaamde paasspelen. Het Helmster Paasspel uit de 12e eeuw is het oudst bewaard gebleven paasspel. Het staat beschreven in het Walfridus-missaal (te vinden in Museum Catharijneconvent te Utrecht).

Kerk Noordbroek

De Kerk van Noordbroek behoort tot de hoogtepunten van de laat-romanogotiek in Groningen. Het kerkgebouw, een kruiskerk, is in het eerste kwart van de 14e eeuw gebouwd. De losstaande romaanse toren (bijgenaamd Olle Dodde – ‘oud, dik en log ding’) is mogelijk iets ouder. De toren is uitgerust met een zadeldak. Beide zijn in de loop der eeuwen slechts op een aantal ondergeschikte punten aangepast. Nog steeds heeft het de uitstraling die de bouwmeester destijds voor ogen moet hebben gehad.
De kerk is gewijd aan een onbekende heilige, wellicht een van de leden van het Thebaanse Legioen. Het zegel uit de 17e eeuw toont een krijgsman met wapperende mantel, die in de linkerhand een afbeelding van een kerk, in de rechterhand een lans of vaandel vasthoudt.

De gewelfschilderingen dateren uit de 15e eeuw. Zij vertellen in beeld het verhaal van de bijbel, maar geven ook een waarschuwing. De oplettende kijker valt op, dat niet alleen ‘ gewone’ mensen door duivels de hel in gesleurd worden, maar dat zich onder de zondaars  ook een kardinaal bevindt.

Julianakerk Kolham

De Julianakerk van Kolham is een kerkgebouw uit de zeventiende eeuw Op dezelfde plek stond in de dertiende eeuw al een kerk. Wat daarmee is gebeurd is onbekend. De huidige kerk werd gebouwd voor 5.442 gulden, wat nu neerkomt op ongeveer € 60.000. De provincie Groningen nam deze kosten voor haar rekening op grond van de bepalingen in een oorkonde uit 1422. Het provinciewapen is in de gevel verwerkt.
De kerk kreeg in de 19e eeuw brede spitsboogvensters. De kerk heeft een dakruiter uit 1808 met daarin een luidklok uit 1948. De oorspronkelijke klok uit 1808 werd in de Tweede Wereldoorlog geroofd door de Duitse bezetters. Bij de renovatie in 2006 kreeg de kerk een nieuwe witte pleisterlaag.
Opmerkelijk is de donkerrode houten zoldering. De preekstoel is 17e-eeuws. Het kerkorgel dateert uit 1912 en is geleverd door de Woerdense orgelbouwer Marten Vermeulen. Het instrument bevat ouder pijpwerk van onbekende herkomst.

Binnen de rooms-katholieke kerk was en is elke kerkelijke organisatievorm gesteld onder de bescherming van een (of meer) heilige(n), de zogenaamde patroonheiligen. De heiligenverering van heiligen is een kernpunt binnen het katholieke geloof.
In onze gebieden werd eind zestiende eeuw, tijdens de Tachtigjarige oorlog, de Reformatie doorgevoerd. De protestanten hadden een hardgrondige hekel aan alles wat maar Spaans en/of rooms-katholiek was. De stenen altaartafel werd letterlijk de kerk uitgegooid en voor de deur neergelegd zodat het roomse geloof met voeten getreden kon worden, gewelf- en muurschilderingen werden overgekalkt, de beelden verdwenen en de naam van de patroonheilige raakte in vergetelheid. Slechts met intensief en volhardend speurwerk lukt het soms om de kerk haar oorspronkelijk naam terug te geven. Een zeer lezenswaardig boek is in dit verband “ Heiligen en Heren, studies over het parochiewezen in het Noorden van Nederland voor 1600,” van Otto Derk Jan Roemeling. Hij ontdekte o.a dat de voorloper van de kerk van Kolham genoemd was naar de heilige Juliana. In een oorkonde uit de 15e eeuw staat o.a.: “ Sunte Julianen gebokent en in 1470 wordt de kerk nogmaals Sunte Juliana genoemd (Sunt=sint= heilige). Ook het klooster van Rottum is naar deze heilige vernoemd.

Hervormde kerk Overschild

De Hervormde kerk van Overschild kerkten vanaf 1864 in de lagere school, die in 1862 was gebouwd. In 1880 kregen zij een eenvoudige zaalkerk in Waterstaatsstijl aan de Graauwedijk. Ernaast werd in 1926 een pastorie gebouwd. De kerk wordt van algemeen cultuur- en architectuurhistorische waarde geacht, omdat het een gaaf voorbeeld is van een hervormde zaalkerk uit het einde van de negentiende eeuw in de provincie Groningen. Ook de vormgeving in Waterstaatsstijl en het gaaf gebleven 19e eeuwse interieur is waardevol.